Na een paar dagen Dubai stap ik in het vliegtuig richting Sri Lanka. Aan boord wordt het vliegtuig ontsmet met een spray, want dat moet van de Sri Lankaanse overheid. Het is me niet duidelijk of dit een standaardprocedure is of dat dit met het nieuwe coronavirus te maken heeft. Ik houd braaf mijn ogen dicht, iets wat ze lensdragers adviseren.
Omdat hoofdstad Colombo geen aanrader lijkt te zijn, vertrek ik meteen naar het kleine kustplaatsje Negombo.
In Negombo kan ik even acclimatiseren en maak ik reisplannen. Ik begin met de Culturele Driehoek, de hoofdsteden van de oude koninkrijken vol met ruïnes van paleizen en tempels.
Sri Lanka is hard werken
Wie dacht dat reizen hetzelfde als vakantie is, heeft het mis.
Ik beklim 360 treden om de indrukwekkende grottempels van Dambulla te zien en laat me hier voor 50 cent een armbandje aansmeren dat voor een goed karma moet zorgen. In Sigiriya kan ik het niet laten om voor veel te veel geld (30 euro) wederom een heftige klim te maken.
Op de iconische 200 meter hoge leeuwenrots stond ooit een paleis, maar hoe ze al die materialen ooit omhoog hebben gekregen? Tegenover deze Sigiriya Rock ligt de minder bekende en veel goedkoper te bezoeken Pidurangala Rock, die vlak voor zonsopgang aardig te doen is.
Helaas is het mistig en is het uitzicht niet als gehoopt. Als ik de tempelruïnes van Pollanaruwa uit de 12e en 13e eeuw bezoek, dan doe ik dat per fiets. Het briesje in de brandende zon is erg fijn en de omgeving is prachtig. Wel ben ik extra alert op de (zwerf)honden, nadat ik al fietsend op het platteland van Dambulla divers malen achterna ben gezeten en zelfs een behulpzame scooterende local moest vragen om mij terug naar de grote weg te begeleiden.
De epische treinreis van Sri Lanka
Inmiddels ben ik tempelmoe en blij dat ik in trein kan stappen voor een epische treinreis, die een van de mooiste ter wereld wordt genoemd.
Toen de Engelsen in Sri Lanka zaten, legden ze diverse treinlijnen aan, ook naar de koelere binnenlanden. Hier verbleven ze graag om te ontsnappen aan de verzengende hitte.
Het moet niet eenvoudig zijn geweest om de spoorlijn aan te leggen, zo tussen de bergen. Maar je snapt direct waarom deze treinreis zo bijzonder is: de uitzichten zijn magisch fantastisch en het is alsof je met de trein door de wolken reist. Na een nacht in Nuwara Eiliya, waar ik de bekende theeplantages ontdek en van een traditionele Britse high tea geniet in een luxe hotel, reis ik door naar Ella.
Dit deel van de treinreis is zo mogelijk nog mooier dan de eerste. De binnenlanden zijn ook dé plek bij uitstek voor hikes en in backpackersplaatsje Ella waag ik me aan de Ella Rock. De klim duurt zo’n 3-4 uur, mits je de deels over het spoor lopende weg weet. Het uitzicht is spectaculair: alsof ik in een schilderij van Bob Ross zit.
Een ander hoogtepunt is de prachtige Nine Arches Bridge en het is de kunst om er te zijn als één van de paar dagelijkse treinen langskomt. En dan is er nog de kleine Adam’s Peak, die goed te doen is en een mooi uitzicht biedt. Voor Instagraamwaardige foto’s moet je in Ella zijn.
Olifantenweeshuis
Vanuit hier reis ik naar Udawalawe om een weeshuis voor olifantjes te bezoeken.
Om wat geld te verdienen, voeren ze die (op dat moment 56) schattige olifantjes voor het publiek. We zitten allemaal op een tribune op flinke afstand en in groepjes van twee of drie laten ze de dieren naar de verzorgers toegaan. De kleinsten krijgen een fles, de grootsten krijgen hun melk via een trechter en een slang.
Het is zo bijzonder om te zien: de ene olifant rent vrolijk op zijn verzorgers af, een andere loopt ondeugend nog eens terug voor een refill om daarna streng teruggestuurd te worden. Het zijn trouwens niet de eerste olifanten die ik tijdens mijn reis zie. Op sommige plekken in Sri Lanka komen ze ook buiten de parken voor en moeten boeren midden in de nacht hun bed uit om de olifanten van hun velden te verjagen.
Ik zie ze vooral in een van de nationale parken in het land. Er zijn er 21, dus eigenlijk is het land één groot nationaal park, en ik heb er vier bezocht. Het is prachtig om dieren in hun eigen omgeving te kunnen zien. En wat heb ik een geluk gehad! Een luipaard zien is zeldzaam, maar ik heb er drie gespot. Twee daarvan hebben bijna een half uur rond onze jeep gehangen.
Wat ik verder kan afstrepen? Onder meer een badderende olifant, familie zwijnen, vele herten, waterbuffels, pauwen, krokodillen, schildpadden en apen.
Zonvakantie Sri Lanka
Na 2,5 week reizen en wildlife spotten is het tijd voor ontspanning aan het strand.
Dat kan prima in diverse kustplaatsen. Het is hier een stuk toeristischer. Mijn favoriete plekjes zijn het rustige Tangalle en Hikkaduwa dat op een paar snorkellocaties na niet zo bijzonder is, maar wel een strand heeft waar regelmatig reuzenschildpadden te vinden zijn.
Zo tof om deze enorme dieren te zien en een klein stukje onder water met ze mee te zwemmen. Helaas geven de (veelal Russische) badgasten de dieren zoveel zeewier dat ze lui worden en geen moeite meer doen voor hun eigen voedsel. Ik hoor dat ze een paar dagen na mijn bezoek verderop in de zee worden uitgezet.
De kust is om nog een andere reden de moeite waard, want de gehele kustlijn was ooit gekoloniseerd door Nederland. De VOC zat hier van 1640 tot 1796 en er zijn nog steeds sporen te vinden van Nederlandse forten, vuurtorens en kerken. Eerder in Negombo en Kalpitiya zag ik daar al wat van, maar het fort van Galle is het bekendste voorbeeld en staat zelfs op de Werelderfgoedlijst van Unesco. De knusse smalle straatjes, het heerlijke weer en de oude gebouwen zorgen voor de ultieme vakantievibes.
Corona in Sri Lanka
Het is een heel contrast met de drukke en weinig interessante of mooie hoofdstad Colombo.
Maar hier tekent de coronacrisis zich wel al voorzichtig af: voor ik een duur winkelcentrum in wil gaan, controleert een temperatuurpistooltje of ik koorts heb of niet. En op de luchthaven worden mijn bagage en ik maar liefst vier keer gecontroleerd.
Dat tweede ook nog verband kunnen houden met de aanslagen van een jaar geleden. Met Pasen 2019 werden acht aanslagen gepleegd op hotels en kerken in onder meer Colombo en Negombo, waarna het toerisme compleet instortte. Onvoorstelbaar dat iemand zoiets kan doen, en al helemaal in Sri Lanka: een budgetvriendelijk land met een onbeschrijfelijk mooie en gevarieerde natuur, rijke geschiedenis, lieve inwoners en een vega-friendly keuken.
Het was geen liefde op het eerste gezicht, maar na deze 3,5 week ben ik helemaal om. Ga dit zien!
Over de auteur
Nicole Cordewener
Als je van reizen toch eens je werk kon maken... Dat heb ik gedaan! Ik heb in meerdere Balkanlanden in het toerisme gewerkt en begeleidde reizen. Mijn favoriete bestemming? Georgië! Ik ben geïntrigeerd door Oost-Europa en de voormalige Soviet-Unie. Daarbij zoek ik graag de niet-toeristische plekken op. Ik deel graag de beste tips met je.